dinsdag 26 mei 2015

Schrok me 'lens'!


Weet hij het? Voelt hij dat mama’s ogen niet hetzelfde doen als die van hem en papa?
Hij ziet in ieder geval dat mama met haar neus bovenop de dingen staat en een aantal keren per dag haar lens indoet.

Luuk groeit op met een slechtziende moeder. Meestal heb ik het zelf niet eens in de gaten. Omringd door een goedziende omgeving, waan ik mij net als zij. Een illusie uiteraard omdat ik bij lange na niet zie wat mijn man en zoon zien.

“Mama kijk, kefer-auto!” roept Luuk verrukt! En hij komt vol enthousiasme zijn zwarte kever laten zien. Hij is een enorme auto-fan. Een échte jongen want alles wat rijdt, vindt hij fan-tás-tisch! Prachtig schat, zeg ik met dezelfde verrukking in mijn stem. En Luuk straalt nog meer. 

Op afstand gebeurt dit ook; “Kijk mama…”
Soms antwoord ik ‘mooi schat’ en ga weer verder met mijn bezigheden.
Soms vraag ik “wat heb je daar? Mama ziet het niet goed schat, kom maar even laten zien”.
En soms loop ik even naar Luuk toe. “Mama komt even van dichtbij kijken”.
Er wordt door mij een appél op mijn omgeving gedaan, gevraagd en ongevraagd. Simpelweg omdat ik de dingen anders zie dan zij.

Laatst bijvoorbeeld, viel mijn lens op de grond. Grrr, heel vervelend want ik zag ‘m niet meer liggen. Op handen en knieën, vloertegel voor vloertegel aftastend, speur ik de vloer af in de richting waarin ik de lens heb horen vallen. Bang dat Luuk erop zou gaan staan, maan ik hem weg te blijven. Dat werkt dus niet bij een peuter van bijna 2 en nieuwsgierig als hij is naar wat mama voor leuks doet, komt Luuki aanlopen. ‘Aarg, dadelijk staat ie erop’, schoot door mijn hoofd, ‘1100 euro'!!! Kapot….’ Maar nee, in plaats van erop te staan, raapte Luuk de lens (compleet uit mijn zoekrichting) voorzichtig op en gaf ‘m terug. “Goed zo schat! Dank je wel! Wat help jij mama goed”!

Opgelucht en ontroerd, pakte ik de lens aan. Dit was de eerste keer dat Luuk me hielp omdat ik het niet zag. 
Nu ik het opschrijf, moet ik er klein een traantje bij wegpinken. Omdat mijn handicap even als handicap voelt en dat ‘steekt’. Maar Luuk verblikt of verbloost niet en gaat weer door met spelen. Hij beweegt zich in een voor hem een totaal geaccepteerde realiteit.
Met mama meekijken hoort erbij. Dat wordt met de paplepel ingegoten.

Hij zal er wellicht best weleens van balen dat zijn moeder dingen niet ziet, Op de vijfde rij zitten in de bioscoop is niet cool of voorlezen op menukaarten wellicht irritant? Dat is ook een realiteit en is helemaal prima.

 And… Life goes on!… 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten