Wanneer we iets hebben, is dat meestal wel te duiden en
te labelen. Het grappige is dat het in de
menselijke aard lijkt te liggen om zo ‘normaal’ mogelijk te zijn. En zo goed
mogelijk mee te kunnen in de maatschappij.
Ik inclusief. Best bijzonder als ik er bij stilsta want heeft niet bijna
iedereen wel ‘iets’? Ikzelf behoorde tot voor kort tot het type ‘doen alsof er
niets aan de hand is’. Dan is het er niet.
Maar mijn handicap valt best wel op. Alleen al door de scheefstand
van mijn ogen ziet een ander het meteen.
Of bijvoorbeeld door de hele korte
leesafstand (5cm) die ik er op na houd. Er zijn vast nog veel meer uiterlijke
opvallendheden waar ik me niet van bewust ben..
Door levenslange training in het ‘leven als een ziende’ , ben
ik er een expert in geworden.
Soepel voortbewegen in de omgevingen waar ik kom,
anticiperen op obstakels door er in een fractie van een seconde betekenis aan
te verlenen (middels vormen duiden, geuren, en allerlei informatie die ik bij
elkaar kan schrapen uit wat mijn overige
zintuigen me vertellen.
Het opgroeien met een goedziende tweelingbroer, 10
jaar op aardig niveau turnen en door mijn ouders gestimuleerd zijn
de wereld zelf te ontdekken, draagt daar enorm aan bij.
Door al mijn training valt het mensen uit mijn
directe omgeving niet meer op dat ik
slecht zie. En onbekenden, na vijf minuten ook niet meer door mijn vlotte
babbel en ogenschijnlijk moeiteloze
voortbewegen.
Dat wilde ik het liefste zo houden. Normaal zijn en mijn
handicap lekker negeren.Tot ik zwanger werd en met zware vermoeidheid door overcompensatie van mijn handicap uitviel.
Er is sindsdien een heel proces van onderkennen en acceptatie
op gang gekomen. Een van mijn
ontdekkingen is, duidelijker zijn naar
‘de buitenwereld’. Dus signalen afgeven over wat ik wel en niet zie/kan. Als anderen meer weten over slechtziend zijn
en hoe dat bij me werkt, dan kunnen ze
er meer rekening mee houden. Dan hoef ik niet zo hard te ‘werken’ en kan ik
meer bij mezelf blijven en kost het
minder energie.
Signalen uhuh…
In overleg met de ergotherapeute van koninklijke Visio
heb ik een herkenningsstok aan geschaft.
Die zit in mijn handtas en kan ik uitklappen in drukke
omgevingen waarin ik de drukte niet overzie.
De stress van tegen iemand opbotsen, omdat diegene vanuit
mijn blinde hoek komt, wordt dan wel wat minder maar… andere stress komt terug…
SCHAAMTE. Ik heb wat... ik ben niet meer anoniem en kan
dan niet meer doen alsof ik ziend ben.
Ik vind het telkens nog heel heftig om de stok te
gebruiken maar doe dat wel steeds vaker.
Dat was signalen geven, stap 1. Toen kwam stap 2, geheel
vanuit mijn eigen initiatief.
Ik heb een SZ bordje besteld! Ben ik gek geworden…???
Nee. Misschien iets dichter bij ‘gedogen’ dat ik slecht
zie.Sinds ik met onze zoon fiets, merk ik dat verkeer me weleens overvalt. Het SZ bordje is nu achterop mijn fiets gemonteerd. Zodat anderen in het verkeer, zien dat ik het niet zie en daar hopelijk op anticiperen.
Nu fiets ik dus met SZ prijkend, achterop. Ter
compensatie staat het fietsstoeltje van Luuk op de voorkant. Mama zijn, daar ben ik waanzinnig trots op.
Met of zonder SZ!